Bij La Mer maken ze orthopedische schoenen. Helemaal op maat en helemaal met de hand. Een mooi ambacht, maar vakmensen vinden in Nederland is een uitdaging. HR-adviseur Karlijn van Hulst en directeur en oprichter Mauritz Vlot van La Mer vonden gelukkig tóch nieuwe talenten, mede dankzij WSP Rijnmond.
De orthopedische schoenen van La Mer komen het bedrijfspand bij Kralingse Zoom pas uit als ze met de klant mee naar huis gaan. Alles, van opmeten tot afleveren, gebeurt bij het bedrijf zelf. Dat zie je, hoor je en ruik je. Van de staaltjes leer in de ontvangstruimte tot de lijmgeur op de bovenste verdieping: het ademt ambacht. Karlijn: “Het is uniek dat we elke schoen met de hand maken. En het heeft voor onze klanten het voordeel dat ze geen sombere orthopedische schoenen uit een catalogus hoeven te kiezen. Wij kunnen alles maken.”
Goud waard
Maar daar heb je natuurlijk wel mensen voor nodig. “In Nederland is er zo weinig animo voor de opleiding voor orthopedisch schoenmaker dat hij dit jaar niet van start is gegaan; het animo voor het vak wordt steeds kleiner. Dus werd het voor ons steeds moeilijker om medewerkers te vinden”, legt Karlijn uit. Gelukkig vonden ze een oplossing in een onverwachte hoek. “In andere landen, bijvoorbeeld in het Midden-Oosten, is het nog heel normaal om met de hand schoenen te maken. Tussen de mensen die uit die landen naar Nederland komen, zitten dus ambachtelijke schoenmakers. Die zijn voor ons goud waard!”
Elkaar begrijpen
Inmiddels werken bij La Mer vakmensen uit alle windstreken. Naast collega’s uit heel Nederland lopen er medewerkers rond uit bijvoorbeeld Armenië, Turkije, Koerdistan, Afghanistan en Syrië. Tijdens een rondleiding ontmoeten we onder andere de Syrische Zaki, die in zijn vaderland dagelijks 30 paar damesschoenen maakte, met de hand. Nu maakt hij orthopedisch schoeisel. Dat is wel moeilijker, legt hij uit: “Elke schoen is hier anders. Dus nu werk ik langzaam.”
Karlijn lacht dat dat reuze meevalt. “Ik doe het je niet na! We leiden elke medewerker intern op en Zaki is echt een vakman.” Wie niet uit Nederland komt, wordt niet alleen getraind in het maken van orthopedische schoenen. Karlijn: “We verzorgen ook Nederlandse les voor wie het nodig heeft. Er is twee keer per week een docent Nederlands aanwezig. We vinden dit heel belangrijk. Op de werkvloer wordt ook alleen maar Nederlands gesproken. Zo leer je elkaar het snelst begrijpen.”
Rust en ruimte
Van de ruim 60 medewerkers van La Mer hebben er nu 15 een niet-Nederlandse achtergrond. Mauritz: “Vakmensen en collega’s waar we echt heel blij mee zijn. We kunnen niet zonder! Je merkt wel dat het invloed heeft op het bedrijf. We bewegen wat meer mee met de cultuur uit andere landen, ook al gaan we niet voorbij aan onze eigen bedrijfscultuur. Waar je normaal gewoon op zijn Rotterdams kan zeggen dat je ergens niet in meegaat, passen we onze communicatie aan aan de betreffende cultuur. Dat is wel iets dat je je moet realiseren als je statushouders in dienst neemt.”
Ook belangrijk: een mix aan culturen heeft veel voordelen voor een bedrijf, maar er zijn ook wel eens spanningen. Culturele en politieke conflicten in het thuisland kunnen ook in Nederland voor wrijving zorgen. Mauritz: “Deze collega’s komen niet allemaal spontaan bij elkaar thuis op een verjaardag zullen we maar zeggen. Dat kan je ook niet afdwingen, maar moet je rust, ruimte en tijd geven. Dan daalt het stof neer en ontstaat er een goede werksfeer waarin iedereen zichzelf mag zijn. Een sfeer waardoor wij nog meer mensen blij kunnen maken met een mooi en goed zittend paar schoenen.”
Ook op zoek naar vakmensen? WSP Rijnmond helpt graag. Lees meer op https://wsprijnmond.nl/werkgevers/statushouders/